vrijdag 4 mei 2012

Eurozone verpletterd onder schuldenberg

We zijn aan het einde van een tijdperk waarin het geld aan de bomen groeide en de waarde van het vermogen alsmaar door steeg. Deze decennia van voorspoed komen voort uit de enorme hoeveelheid schuld die men aangegaan is. De financiele crisis in 2008 heeft het spel van hogere schuld, hogere waarde en nog hogere schuld doorgeprikt. De komende periode kenmerkt zich door het vrijlaten van de lucht uit de zeepbel. Het is de tijd van het terugbetalen van de lang vooruitgeschoven rekening.


De opbouw van schulden was mede mogelijk door het ruime monetaire beleid sinds de jaren 80 in reactie op de economische crisis van destijds. Ook het knappen van de internetbubbel ging gepaard met een verdere verlaging van de rente door de centrale banken. De illusie regeerde dat de centrale bank elke crisis kon bezweren, simpelweg door de rente te verlagen. Hierdoor werd het goedkoper voor consumenten en bedrijven om te lenen, waardoor er meer werd uitgegeven en de economie weer aantrok. Wat men vergat was om in tijden van voorspoed de schulden weer af te lossen.

Ook de deregulering speelde een belangrijke rol in dezelfde periode. De sinds de financiele crisis veel gehoorde afkortingen als CDO, CDS en MBS zijn daar het product van. Deze zogenaamde securitisatie zorgde voor een wildgroei aan ingewikkelde financiele producten die het risico ogenschijnlijk deed verdwijnen. Ondertussen spreidde het risico zich over de gehele financiele sector uit, zonder dat iemand zicht had op wie naar waar recht op had en wat zijn of haar verplichtingen waren. Het miraculeuze verdwijnen van het risico zorgde er ondertussen wel voor dat de rente die onder andere  banken vroeger voor hypotheken sterk daalden. Huishoudens werden zo gestimuleerd om extra hoge schulden op zich te nemen. De huizenprijzen gingen op hun beurt door het plafond.

Het leidde allemaal tot een klassieke bubbel waarin hogere prijzen voor aandelen en woningen zorgde voor een nog grotere vraag naar die goederen. De alsmaar stijgende prijzen beloofde tenslotte gratis rijkdom, en niemand wilde zo stom zijn om de boot te missen. De hogere vraag hield op haar beurt de onrealistische hoge prijzen in stand. Banken deden vrolijk mee en gaven alsmaar hogere leningen tegen soepelere voorwaarden. Beleggen met geleend geld werd normaal en zelfs beleggen met je hypotheek was geen probleem, terwijl je dubbel geleveregd aan het gokken bent. Zolang de prijzen stijgen en de muziek doorgaat is iedereen tevreden. Maar dan wordt het stil.

De val van Lehman brothers was de druppel die de emmer deed overlopen. Het hele financiele stelsel klapte inelkaar. Aan de alsmaar stijgende prijzen was een einde gekomen. Gigantische schulden tegenover weggesmolten verwachte winsten draaide de nek om van een groot aantal financiele instellingen. Doorverkochte hypotheken bleken niet langer geld op te leveren en overheden moesten massaal bijspringen. In Nederland werd ABN Amro genationaliseerd en kreeg ING miljarden aan staatssteun. De hypotheek verstrekkers Fannie Mae en Freddie Mac zijn voor vele miljarden overgenomen door de Amerikaanse overheid. Het financiele stelsel was daarmee voorlopig gered. Maar een oplossing voor de hoge schuld was het allerminst.

Hieronder een overzicht van de totale schuld van het land ten opzichte van het BBP in 2007 vergeleken met 2011. De waardes van 2011 staan tussen haakjes. In Frankrijk is bijvoorbeeld de totale schuld toegenomen van 399% van het BBP naar 504%. Zelfs in Duitsland is de schuldenberg iets toegenomen. Ondanks het vele gepraat over 'deleveraging' het idee dat banken en huishoudens minder schulden op zich mogen nemen, is de totale schuld alleen maar toegenomen over de afgelopen jaren.

Totale schuld ten opzichte van het BBP:

399 (504)   France
301 (310)   Germany
215 (287)   Greece
788 (1182) Ireland
324 (364)   Italy
587 (621)   Japan
320 (408)   Portugal
418 (469)   Spain
627 (1110) UK
332 (340)   US

Wanneer je naar de onderliggende cijfers kijkt dan zie je dat er een verschuiving heeft plaatsgevonden over de afgelopen paar jaar van schuld bij private partijen naar overheden. Om preciezer te zijn; in Europa zijn de private schulden constant gebleven, en de VS zijn ze licht gedaald. De grote portefeuilles van slechte leningen bij banken zijn overgenomen door de overheid, wat de staatsschulden sterk heeft doen oplopen. De Nederlandse staatsschuld is gestegen van 46% in 2007 tot 67% dit jaar. De belangrijkste oorzaak is het redden van banken en de 'automatische stabilisatoren' tijdens de recessie.

Zoals gezegd zijn de private schulden in Europa niet gestegen sinds de crisis, maar ook niet gedaald. Je ziet in Nederland dat het steeds moeilijker wordt om een hypotheek te krijgen, vanwege strengere eisen aan het inkomen en beperking van de mogelijkheid om aflossingsvrij te lenen van 100% naar 50% en mogelijk naar 0% onder de nieuwe plannen van de kunduz coalitie. Gezinnen proberen hun huishoudboekje op orde te brengen en zijn afgelopen jaren iets meer gaan sparen en minder gaan uitgeven. Het gevolg is dalende huizenprijzen en een haperende economie.

Ondertussen maken de financiele markten zich zorgen over de mogelijkheid van overheden om hun schulden terug te kunnen betalen. De gemiddelde staatsschuld bedraagt in de Eurozone tegenwoordig bijna 90%. De markten hebben een sterk drukmiddel, namelijk de rente die overheden moeten betalen op die enorme schuldenberg. Voor Nederland betekent 1% meer rente al snel 1,5 miljard euro per jaar aan extra lasten. De stijgende rente is een belangrijke reden voor de huidige problematiek in Spanje. De oplopende rente zorgt er namelijk voor dat de staatsschuld alleen maar verder stijgt in plaats van daalt.

De druk van financiele markten dwingt Europese lidstaten om er alles aan te doen om hun schulden af te lossen. De enige manier om dat te doen is door meer inkomsten binnen te halen en minder uit te geven. Zie bijvoorbeeld het Nederlandse bezuinigingspakket waarvan ongeveer de helft bestaat uit lastenverzwaring en de andere helft uit lagere uitgaven. Het gevolg van dergelijk overheidsbeleid moge duidelijk zijn. Het heeft directe negatieve gevolgen voor de economie doordat lagere overheidsbestedingen leiden tot een daling van de vraag. Daarnaast krijgen consumenten een stevig tik, bijvoorbeeld via de verhoging van de BTW van 19% naar 21%. Huishoudens worden nog terughoudender met aankopen, terwijl het consumentenvertrouwen al op een dieptepunt staat.

De tijd van lenen en stijgende prijzen is daarmee ten einde gekomen. De economische groei van de Eurozone krijgt een stevig tik en zal nog jaren moeten bloeden. Banken en andere financiele instellingen zijn druk bezig met hun boeken op te schonen. Grote delen van de portefeuille zijn minder waard dan eerder werd gedacht. Onder nieuwe veel strengere regelgeving (Basel III en solvency II) moeten ze nog verder gaan in het verminderen van hun schulden en het aantrekken van extra kapitaal. Banken verkopen daarom massaal risico volle onderdelen, zo heeft zelfs de Rabobank recent haar dochter Robeco in de etalage gezet. Het aantal leningen dat banken verstrekken is terug gebracht tot een minimum, en voorwaarden zijn zeer stringent geworden.

Huishoudens hebben met de zelfde dalende prijzen te maken. Denk aan de huizenmarkt, maar ook aan de nog veel belangrijkere pensioenen. Alle grote pensioenfondsen houden hun vermogen aan in financieel waardepapier. Door de dalende prijzen op de financiele markten zijn ze niet in staat om aan hun verplichtingen te voldoen. Uitkeringen worden gekort, en premies verhoogt. Simpel afwachten tot de markten weer stijgen heeft geen zin, dat kan nog wel even duren. De tegenvallende financien van huishoudens en de onbereidheid van banken om te lenen zorgen voor een daling van de vraag en daarmee een daling van de prijs van kapitaalgoederen.

De Eurozone is in een neerwaartse spiraal terechtgekomen van bezuinigen, dalende prijzen en verder bezuinigen. Daarbij geldt het bezuinigen niet alleen voor overheden, maar ook voor bedrijven en huishoudens. Dit in groot contrast met de opwaartse spiraal van alsmaar stijgende prijzen en hogere leningen van afgelopen decennia. Zoals het er nu uit ziet gaat Nederland er minstens acht jaar over doen om haar economie weer op het niveau van voor de crisis te krijgen. Bij de meeste Zuid Europese landen gaat dat meer dan tien jaar duren. We zitten in die zin zeker in een 'lost decade' net als Japan na het instorten van haar economie in de jaren 80.

De grote vraag is hoe we uit deze benarde situatie komen. Wonderen bestaan niet en het zal dus een lange en pijnlijke weg worden van langzame aanpassingen. Er zit voor veel overheden niets anders op dan de schuldenberg omlaag te brengen tot stabielere niveaus. Wanneer het precies voldoende is bepaalt de markt. Prijzen van kapitaalgoederen (huizen, aandelen) moeten weer naar een redelijk niveau terugkeren. Bij de woningmarkt duurt dat vele jaren door de lage liquiditeit en transparantie op de markt. De rekening van opgedane schulden is lang. Het afbetalen gaat ons een hoop geld en welvaart kosten.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten